Traditiegetrouw is het derde kwartaal een wat rustigere periode vanwege de zomervakantie. Zo ook dit jaar: HDN registreerde 119.393 hypotheekaanvragen. Dat is circa 27.000 minder dan het voorgaande kwartaal (2021 Q2) maar nagenoeg hetzelfde als het derde kwartaal in 2020. De krapte op de woningmarkt blijft de kopersmarkt wel in zijn greep houden. Met 58.369 aanvragen was er voor het derde kwartaal op rij sprake van een daling, ditmaal met 19,7% ten opzichte van 2020 Q3 (72.663). Daarmee behoudt de 'niet-kopersmarkt' de positie als grootste markt in aantallen met 61.024 hypotheekaanvragen.
HDN ziet ook dit kwartaal weer een stijging van de woningwaarde. Een koopwoning was gemiddeld € 452.000,- waard, zo’n 17% meer dan in 2020 Q3. Het gemiddelde hypotheekbedrag dat aangevraagd werd voor de aanschaf van een woning steeg tevens van € 312.500 naar € 348.000 (+11,4%). Opvallend is ook dat het gemiddelde hypotheekbedrag onder niet-kopers fors is toegenomen met bijna 11% naar gemiddeld € 188.000, waar dit in voorgaande kwartalen juist nagenoeg niet veranderde. Dit kan te maken hebben met de stijgende bouwkosten bij een verbouwing.
Binnen dit kwartaaloverzicht wordt de vergelijking gemaakt tussen hetzelfde kwartaal vorig jaar (tenzij anders is vermeld) en is er onderscheid gemaakt tussen de kopers- en niet-kopersmarkt. Door linksboven in het scherm een selectie te maken onder ‘Koper’ kies je de desbetreffende markt.
In totaal werden er dit kwartaal 119.393 hypotheken aangevraagd, iets meer dan in het derde kwartaal van 2020 toen er 118.555 aanvragen werden gedaan. Zoals bijna gebruikelijk steeg het gemiddelde hypotheekbedrag verder en braken de huizenprijzen opnieuw records. In het vorige kwartaaloverzicht werd al gesproken over een neerwaartse trend van de kopersmarkt. Op basis van de gegevens van 2021 Q3 blijkt dit niet alleen een mogelijkheid, maar lijkt de neerwaartse trend te versnellen: -6,7% in Q1, -12,5% in Q2 en nu -19,7% in Q3. Vanwege de lage rente blijven consumenten hun lopende hypotheek oversluiten of nemen zij een extra hypotheek, waarmee de niet-kopersmarkt voor het tweede kwartaal op rij in aantallen aanvragen groter is dan de kopersmarkt.
Kopersmarkt
▪ Voor het derde kwartaal op rij was er sprake van een krimp van de kopersmarkt. Met 58.369 aanvragen werd een daling genoteerd van 19,7% ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. Vergeleken met het vorige kwartaal (2021 Q2) werden bijna 11.000 hypotheken minder aangevraagd, enerzijds vanwege de zomervakantie en anderzijds vanwege de aanhoudende krapte op de markt.
▪ Het gemiddelde hypotheekbedrag is met 11,4% gestegen van € 312.402 naar € 348.023. De gemiddelde woningwaarde nam toe van circa € 387.000 in 2020 Q3 naar € 452.000 in het afgelopen kwartaal, een stijging van 17%.
▪ Er werd gemiddeld 4,45 keer het eigen inkomen geleend ter waarde van 79% van de waarde van de woning. In het derde kwartaal van vorig jaar was dit nog respectievelijk 4,2 en 83%. Dat de LTV al langere tijd blijft teruglopen ondanks dat er ten opzichte van het inkomen steeds meer wordt geleend, benadrukt het belang van eigen vermogen bij het aanschaffen van een woning.
▪ Waar in voorgaande kwartalen de niet-NHG markt nog voorzichtig groeide, is dit inmiddels met 43.101 aanvragen ook omgeslagen naar een krimp van 6%. De gemiddelde woningwaarde in dit segment bedroeg circa € 519.500, een stijging van 10,1%.
Niet-kopersmarkt (o.a. oversluitingen & tweede hypotheken)
▪ Het aantal hypotheekaanvragen in de niet-kopersmarkt blijft sterk stijgen: van 45.892 in 2020 Q3 naar 61.024 in het derde kwartaal van dit jaar (+33%). Wel is ook hier een duidelijke terugval zichtbaar vanwege de zomervakantie vergeleken met het tweede kwartaal van 2021 toen er 77.359 aanvragen werden ingediend.
▪ Gemiddeld werd € 188.000 hypotheek aangevraagd, een toename ten opzichte van vorig jaar toen dit gemiddeld circa € 170.800 was (+10,7%).
▪ Er werden 15.420 volledig aflossingsvrije hypotheken aangevraagd, een stijging van 78% ten opzichte van 2020 Q3. Daarmee was in 2021 Q3 een kwart van alle aanvragen in de niet-kopersmarkt volledig aflossingsvrij.
Om meer inzicht te krijgen in de hypotheekmarkt werkt HDN met 10 klantprofielen. Profielen actief in de goedkopere segmenten (Starter jong, Starter stabiel, Doorstromer NHG) kregen wederom de zwaarste klappen te verduren in de kopersmarkt, maar ook de Opstromer liet een forse daling noteren van -18,2%.
Kopersmarkt
▪ De Doorstromer NHG (-60%), Starter stabiel (-37%) en Starter jong (-34%) noteerden opnieuw de grootste afname van het aantal aanvragen. De grootste krapte lijkt daarmee nog steeds geconcentreerd in de goedkopere segmenten van de markt.
▪ Ook de Opstromer en Ondernemer aankoop beginnen echter steeds meer terug te lopen. Ten opzichte van het derde kwartaal van 2020 deed de Opstromer bijna 3.000 en de Ondernemer 1.300 minder aanvragen, dalingen van respectievelijk 18,2% en 17,7%. Daarmee lijkt de krapte zich langzamerhand uit te breiden naar de duurdere segmenten.
▪ De Starter hoog segment was met 13.678 aanvragen het enige profiel dat een aanzienlijke groei meemaakte van 14,4%. Gemiddeld leenden zij € 400.000,- (+4,6%) voor het kopen van een woning ter waarde van € 459.500 (+6,3%). Hier moest wel aanzienlijk meer eigen geld voor ingelegd worden: gemiddeld € 55.000, 18% meer dan een jaar eerder.
▪ De Starter hoog segment gebruikt relatief vaak een aflossingsvrij leningdeel voor het financieren van de te kopen woning. Bij 1 op de 3 aanvragen in het derde kwartaal was een aflossingsvrij deel aanwezig, een stijging van 31% ten opzichte van het jaar daarvoor. Ter vergelijking: in ongeveer 1 op de 11 aanvragen van de Starter Jong of Starter Stabiel is er sprake van een aflossingsvrij deel.
Niet-kopersmarkt (o.a. oversluitingen & tweede hypotheken)
▪ De Gepensioneerde was dit kwartaal wederom zeer actief. Met 10.887 aanvragen werd er een toename van 46% behaald, de sterkste stijging binnen de niet-kopersmarkt.
▪ Gemiddeld werd er door de Verbouwer € 52.200 aan hypotheek aangevraagd, 8,6% meer dan het jaar daarvoor.
▪ Er werd in 2021 Q3 ook fors meer overgesloten dan vorig jaar. Net geen 26.500 aanvragen waren afkomstig van de Oversluiter waarbij het gemiddelde hypotheekbedrag met 6,5% steeg naar € 252.600.
Waar in voorgaande kwartalen nog vrij duidelijke regionale verschillen waren wat betreft de ontwikkeling van de kopersmarkt, is de krimp in het derde kwartaal van 2021 vrij gelijkmatig over het land verspreid: alleen Gelderland (-27,3%) en Groningen (-14,5%) wijken duidelijk af van het gemiddelde. De niet-kopersmarkt groeide wederom het hardst in Drenthe waar een groei van 57% ten opzichte van het derde kwartaal van vorig jaar werd genoteerd. Limburg en Utrecht bleven met toenames van 18% en 22% juist achter op het landelijk gemiddelde.
Kopersmarkt
▪ De top 3 bleef ook in 2021 Q3 ongewijzigd met de grootste kopersmarkt in Zuid-Holland (10.586 aanvragen), gevolgd door Noord-Holland (8.138) en Noord-Brabant (7.680).
▪ In Groningen liep het aantal aanvragen voor de aanschaf van een woning terug van 2.019 naar 1.727. Met een daling van 14,5% bleef hier de krimp het meest beperkt.
▪ Net als in het tweede kwartaal van 2021 steeg de gemiddelde woningwaarde het hardst in Flevoland: van € 325.000 in 2020 Q3 naar circa € 407.000 in 2021 Q3 (+25%). De duurste provincie blijft Noord-Holland waar een koopwoning gemiddeld € 547.000 waard was (+17%).
▪ Hoewel de gemiddelde woningwaarde in Groningen met circa 19% is gestegen naar € 321.000 ten opzichte van het derde kwartaal van vorig jaar, is dit tegelijkertijd wel ruim € 2.000 minder dan in 2021 Q2 toen het €323.300 was.
▪ Kopers in Utrecht namen het afgelopen kwartaal gemiddeld het meeste eigen geld mee: € 51.650 (+18%).
Niet-kopersmarkt (o.a. oversluitingen & tweede hypotheken)
▪ Met een toename van 57% was de groei van de niet-kopersmarkt het grootst in Drenthe. Wel heeft de provincie met 2.205 aanvragen een klein aandeel in het totaal; alleen in Groningen (2.037) en Friesland (2.092) werden iets minder aanvragen gedaan.
▪ Limburg registreerde 3.778 aanvragen en daarmee de minste groei (+17,8%). Ook Utrecht bleef wat achter op de landelijke groei met een toename van 3.589 naar 4.392 aanvragen (+22,4%).
▪ Het aantal Gepensioneerden dat een oversluiting of extra hypotheek aanvroeg verdubbelde in Drenthe naar 458 (+107,2%). De meeste aanvragen van dit profiel waren echter afkomstig uit Zuid-Holland (1.926) en Noord-Holland (1.874).
▪ Met name in Limburg (+9,1%), Noord-Holland (+14,2%) en Utrecht (+14,8%) was de toename van hypotheekaanvragen afkomstig van de Verbouwer relatief bescheiden te noemen. Naast Drenthe was de groei van dit profiel ook zeer sterk in Zeeland (+47,1%).
Van 40,2% van alle hypotheekaanvragen in het derde kwartaal van 2021 was een energielabel bekend, een stijging van 26,6% in vergelijking met hetzelfde kwartaal een jaar eerder. Ook de mogelijkheid om energiebesparende maatregelen te financieren werd vaker toegepast, namelijk bij 7,5% van alle hypotheekaanvragen (+12%). Energieverbruik en verduurzaming lijken daarmee een steeds belangrijkere rol te spelen in het hypotheekadvies.
Vanaf dit jaar is naast de energiebesparende voorzieningen (EBV) ook het energiebesparend budget (EBB) opgenomen om een completer beeld van verduurzaming te geven. Hierdoor kunnen gerapporteerde percentages wel afwijken van eerdere edities van het kwartaaloverzicht.
Kopersmarkt
▪ Bij 55,8% van de hypotheekaanvragen voor de koop van een woning is een energielabel bekend, waar dit in 2020 Q3 nog 40% was.
▪ Ook werden relatief vaker energiebesparende maatregelen meegefinancierd: bij 8% (4.671) van de aanvragen werd EBV of EBB toegepast tegenover 7% in 2020 Q3.
▪ De gemiddelde woningwaarde van een woning met label A++++ bedroeg circa € 576.000 waarmee deze woningen duurder waren dan de meest energiezuinige woningen (Nul-op-de-meter en Energie neutraal). De grootste waardestijging was zichtbaar onder woningen met een label A: van € 425.000 naar € 512.400 (+20,6%).
▪ Er werden 8.125 hypotheken aangevraagd voor de aanschaf van een woning met label C, een opvallende stijging van 48,2% ten opzichte van een jaar eerder. Ook voor woningen met label D of slechter werd vaker een hypotheek aangevraagd (+9,7%). Kanttekening daarbij is dat het goed kan dat juist voor dit type woningen vaker een energielabel wordt opgegeven tijdens de aanvraag waar dit voorheen niet gebeurde.
▪ Energielabel C wordt het meeste opgegeven (25%) bij de aanschaf van een woning, gevolgd door A (17%) en A++ (12%).
Niet-kopersmarkt (o.a. oversluitingen & tweede hypotheken)
▪ Bij over- en bijsluitingen wordt in 25,3% van de aanvragen een energielabel opgegeven, een toename van 37% ten opzichte van vorig jaar.
▪ Hetzelfde geldt voor het meefinancieren van energiebesparende maatregelen. Hier werd in 7% van de gevallen gebruik van gemaakt, een stijging van 16% ten opzichte van 2020 Q3. Daarmee lijkt de groei wel iets af te zwakken ten opzichte van de eerste helft van 2021.
▪ Energielabel C wordt het meest opgegeven (32%) bij een over- of bijsluiting, gevolgd door A (19%) en B (17%).
Gegeven de huidige marktomstandigheden is het geen verrassing dat kopers wederom meer eigen geld moesten inleggen voor het verkrijgen van een woning. Gemiddeld werd € 42.160 aan eigen middelen ingebracht, een stijging van 18,7% ten opzichte van het jaar daarvoor toen er gemiddeld € 35.500 werd ingebracht. In de niet-kopersmarkt wint de volledig aflossingsvrije hypotheek wederom aan populariteit: waar in het derde kwartaal van 2020 zo’n 19% van de aanvragen volledig aflossingsvrij was, is dit inmiddels opgelopen naar 25,3% (+34%).
Kopersmarkt
▪ Er wordt gemiddeld € 42.160 aan eigen middelen ingelegd voor de aanschaf van een woning, een stijging van 18,7% ten opzichte van 2020 Q3.
▪ Met name de Starter Jong en Starter Stabiel moesten met € 36.000 (+32%) en € 33.800 (+25%) aanzienlijk meer eigen geld inbrengen. De gepensioneerde koper liet daarentegen een forse daling noteren van -18,3%.
▪ Het aandeel hypotheekaanvragen voor de aanschaf van een woning waarbij meer dan € 50.000 aan eigen middelen wordt ingegeven is gestegen van 24% in 2020 Q3 naar 29% in 2021 Q3. Ook het aandeel met minder dan € 5.000 aan eigen middelen steeg van 28% naar 32%. Hieruit blijkt een alsmaar groeiende ongelijkheid tussen kopers.
▪ Net als het tweede kwartaal van 2021 waren het vooral Starters hoog segment die meer dan € 50.000 aan eigen middelen inbrachten met 31% van de aanvragen. Bij aanvragen waarbij vrijwel geen extra eigen middelen nodig zijn (minder dan € 5.000), is het voornamelijk de Opstromer en Opstromer nieuwbouw met respectievelijk 36% en 18% van de aanvragen. Dit benadrukt het voordeel van kopers die reeds een woning bezitten.
Niet-kopersmarkt (o.a. oversluitingen & tweede hypotheken)
▪ Binnen de niet-kopersmarkt werd minder eigen geld ingebracht: € 7.784 (-7,7% t.o.v. 2020 Q3).
▪ In 25,3% van de aanvragen betrof het een volledige aflossingsvrije hypotheek. Dit is een toename van 34% in vergelijking met 2020 Q3 toen het nog om 19% van de aanvragen ging.
▪ Met name de Verbouwer legde minder eigen geld in: € 2.500, een daling van 22% ten opzichte van het derde kwartaal van 2021.
▪ Het aandeel aanvragen waar minder dan € 5.000 aan eigen geld werd ingelegd steeg van 80% naar 83%. Daarmee lijkt er bij het oversluiten van de hypotheek minder tussentijds te worden afgelost.