In het derde kwartaal van 2023 registreerde HDN 92.744 hypotheekaanvragen. Dit betekent een daling van 9,9% in vergelijking met dezelfde periode in 2022, toen er 102.918 aanvragen werden ingediend. Binnen de kopersmarkt (starters en doorstromers) waren er 61.230 aanvragen (-0,2%), terwijl de niet-kopersmarkt (over- en bijsluitingen) 31.514 aanvragen telde (-24,2%). Het vorige kwartaal werd al gesproken over een stabilisatie van de markt, en deze trend lijkt zich door te zetten. Vergeleken met het vorige kwartaal bleven de aantallen voor zowel de kopersmarkt (60.099) als de niet-kopersmarkt (32.900) nagenoeg onveranderd, wat opmerkelijk is gezien het normaal gesproken rustiger karakter van het derde kwartaal tijdens de zomervakantieperiode.
Het gemiddelde hypotheekbedrag in de kopersmarkt steeg met 1,5% en kwam in 2023 Q3 uit op € 337.793,-. Binnen de niet-kopersmarkt daalde het gemiddelde hypotheekbedrag met 3,8% van € 113.600 in 2022 Q2 naar € 109.282,- in het afgelopen kwartaal. Vergeleken met het vorige kwartaal (2023 Q2) ziet HDN echter dat het gemiddelde hypotheekbedrag en woningwaarde zowel in de kopers- en niet-kopersmarkt weer begint op te lopen wat mogelijk wijst op het aantrekken van de hypotheekmarkt.
Binnen dit kwartaaloverzicht wordt onderscheid gemaakt tussen de kopers- en niet-kopersmarkt. Door boven in het scherm een selectie te maken onder ‘Koper’ kies je de desbetreffende markt.
In het derde kwartaal registreerde HDN 92.744 aanvragen, een afname van 10.174 ten opzichte van dezelfde periode in 2022, toen er 102.918 aanvragen waren. Van deze aanvragen waren er 61.230 voor woningaankopen, wat neerkomt op een bijna onveranderde hoeveelheid in vergelijking met het voorgaande jaar (-0,2%). Tegelijkertijd steeg het gemiddelde hypotheekbedrag van € 332.800 in het derde kwartaal van 2022 naar € 337.793 in het afgelopen kwartaal (+1,5%). De gemiddelde prijs van een aan te kopen woning bedroeg € 451.217,-, ongeveer 2% lager dan een jaar eerder, maar ruim € 10.000 meer dan het vorige kwartaal.
Ook in de niet-kopersmarkt lijkt er stabilisatie op te treden. In het derde kwartaal van 2023 werden in totaal 31.514 over- en bijsluitingen aangevraagd, wat weliswaar een daling van 24,2% ten opzichte van een jaar eerder is, maar vergelijkbaar met de 32.900 aanvragen in het tweede kwartaal van 2023. Het gemiddelde hypotheekbedrag in de niet-kopersmarkt bedroeg € 109.282,-, een daling van 3,8%.
Niet-kopersmarkt (o.a. oversluitingen & tweede hypotheken)
▪ In dit kwartaal werden 31.500 aanvragen voor over- of bijsluitingen geregistreerd, een daling van 24% vergeleken met een jaar eerder. Deze daling lijkt echter af te vlakken ten opzichte van het vorige kwartaal, toen er 32.900 aanvragen waren.
▪ Het gemiddelde hypotheekbedrag in de niet-kopersmarkt was € 109.300,- in 2023 Q3, een daling van 3,8% ten opzichte van vorig jaar, maar ongeveer € 5.000,- meer dan in 2023 Q2.
▪ Driekwart van de aanvragen in de niet-kopersmarkt betrof een onderhandse verhoging of tweede hypotheek.
▪ Het aantal aanvragen met een aflossingsvrij deel is met 43% gedaald van 18.500 naar 10.600, waarschijnlijk vanwege de hoge rentestanden.
Het profiel 'Starter Stabiel' blijft voor het derde kwartaal op rij het grootste in de kopersmarkt, met 12.800 aanvragen, een stijging van 23%. 'Doorstromer NHG' en 'Starter Jong' deden het ook goed met respectievelijk 5.160 (+41%) en 7.400 (+16%) aanvragen. 'Doorstromer NHG' heeft nu meer aanvragen dan 'Opstromer Nieuwbouw' (4.400 aanvragen in 2023 Q3). 'Opstromer' zag een daling van ruim 23% van 15.600 in 2022 Q3 naar 11.900 in 2023 Q3. 'Ondernemer Aankoop' zag ook een daling van 10% met 4.950 aanvragen.
Niet-kopersmarkt (o.a. oversluitingen & tweede hypotheken)
▪ Binnen de niet-kopersmarkt blijft de Verbouwer met afstand het grootste profiel. Wel daalde het aantal aanvragen met circa 19% van 20.700 vorig jaar naar 16.200 in 2023 Q3. Het gemiddelde hypotheekbedrag is daarentegen juist toegenomen van € 49.400,- naar € 51.500,- (+6%).
▪ De Oversluiter daalde ook dit kwartaal het sterkst met 40% minder aanvragen. Gemiddeld werd er € 188.500,- overgesloten, 3% minder dan een jaar geleden.
Hoewel het aantal aanvragen in de kopersmarkt in het derde kwartaal vergelijkbaar was met 2022 Q3, zijn er regionale verschillen opgetreden. Friesland (+4,9%), Zeeland (+4,5%), en Noord-Holland (+3,1%) vertoonden groei, terwijl Flevoland (-10%) en Limburg (-4,6%) juist krimp ervoeren. Opmerkelijk is dat Flevoland de enige provincie is waar de gemiddelde woningwaarde in de kopersmarkt is gestegen, van € 424.100 in 2022 Q3 naar € 428.700,- in het afgelopen kwartaal (+1,1%), wat suggereert dat een gebrek aan betaalbare woningen een rol speelt bij de krimp. In de niet-kopersmarkt was de krimp gelijkmatiger verdeeld, met iets sterkere terugval in Drenthe, Overijssel, en Gelderland vergeleken met andere provincies.
Niet-kopersmarkt (o.a. oversluitingen & tweede hypotheken)
▪ De niet-kopersmarkt kromp opnieuw in alle provincies in het derde kwartaal van 2023, maar niet zo sterk als in voorgaande kwartalen. De kleinste krimp werd geregistreerd in Zeeland (-18%) en de grootste in Drenthe (-31%).
▪ Net als in het tweede kwartaal van 2023 zijn de meeste Verbouwers te vinden in Zuid-Holland (3.150 aanvragen), gevolgd door Noord-Brabant (2.300 aanvragen).
▪ Voor verbouwingen werd wederom het meeste geleend in Utrecht met gemiddeld € 60.500,-. Niet alleen is dat 14% meer dan in 2022 Q3, maar ook ruim € 3.000,- meer dan in 2023 Q2.
In het afgelopen kwartaal had 58,3% van de hypotheekaanvragen een bekend energielabel, een stijging van bijna 20%. Bij 13,5% van de aanvragen werden energiebesparende maatregelen gefinancierd, wat een toename is van 6% ten opzichte van 2022 Q3. In de eerste twee kwartalen van 2023 was dit percentage echter hoger, namelijk 14,9% en 14,7%. Met name in de niet-kopersmarkt werden in het afgelopen kwartaal minder vaak energiebesparende maatregelen meegefinancierd, waarbij het percentage daalde van 14% in 2022 Q3 naar 11,7% in 2023 Q3.
Niet-kopersmarkt (o.a. oversluitingen & tweede hypotheken)
▪ In die niet-kopersmarkt was bij 35,9% van de aanvragen een energielabel bekend. Ook hier blijft het meest voorkomende label C (32%), A (18%) en B (16%).
▪ Bij 11,7% van de aanvragen werd gebruik gemaakt van de optie energiebesparende maatregelen mee te financieren tegenover 14% in 2022 Q3.
▪ De Gepensioneerde laat verduurzaming verhoudingsgewijs vaker achterwege bij een over- of bijsluiting. Bij 5,4% van de aanvragen werden energiebesparende maatregelen mee gefinancierd. In 2022 Q3 was dit nog bij 7,6% van de aanvragen het geval.
De benodigde eigen inleg voor hypotheekaanvragen varieert sterk per klantprofiel. In de kopersmarkt was de gemiddelde inleg € 41.500,-, een daling van 4,3% vergeleken met 2022 Q3 toen dit gemiddeld € 43.300,- was.
Als we naar specifieke klantprofielen kijken, is het verhaal complexer. De Starter Stabiel en Doorstromer NHG hadden respectievelijk 9% en 8% meer eigen geld nodig, terwijl de Starter Hoog Segment juist 14% minder nodig had. De Starter Jong had gemiddeld € 36.300,- nodig, aanzienlijk minder dan een jaar eerder (-8,6%), maar wel meer dan in de eerste twee kwartalen van dit jaar (€34.100,- & € 35.900,-). Omgekeerd moest de Opstromer met € 43.650,- circa 3% meer inleggen dan een jaar eerder, maar wel minder dan in de eerste helft van dit jaar.
Niet-kopersmarkt (o.a. oversluitingen & tweede hypotheken)
▪ Consumenten die oversluiten lossen behoorlijk wat af. Gemiddeld werd zo’n € 14.000 aan eigen middelen ingelegd, vergelijkbaar met 2023 Q2 en een stijging van ruim 5% ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar (€ 13.300,-).
▪ De Gepensioneerde bracht met € 4.400,- tegenover ongeveer € 5.100 in 2022 Q3 juist aanzienlijk minder eigen geld mee bij het over- of bijsluiten.